Kiemen – hartstikke gezond!

Gekiemde zaden zijn reuze gezond voor mens en hond.

Net uit de zaadjes gekomen plantjes, dat zijn kiemen. Nog niet volgroeid maar wel iets groter dan een zaadje dus. 

De meest bekende zijn taugé (de kiem van een mungboon) tuinkers en alfalfa ( de kiem van spruitgroente Luzerne ) Maar je hebt ook kiemen van: broccoli, linzen, bonen, kikkererwten, rode bieten, prei, radijs, etc. Voor honden is prei niet geschikt, voor mensen uiteraard wel!

Kiemen zijn dus gezond. Maar waarom dan? 

Nou wist je dat ze meer vitamines en mineralen bevatten dan de volwassen variant? Neem de  kiemen van broccoli, deze bevatten een tienvoud aan vitaminen, mineralen en wel 1000 keer zo veel enzymen als eenzelfde hoeveelheid kort gestoomde broccoliroosjes. Deze zijn zelfs door het lijf veel beter opneembaar. 

Zo zit er in alfalfa vitamine C, K, zink, ijzer, magnesium en foliumzuur. Foliumzuur is heel belangrijk tijdens zwangerschap, maar ook belangrijk voor een goed werkend zenuwstelsel, en immuunsysteem. 

Ook helpen kiemen om de zuurtegraad in het lichaam op peil te houden. Dit maakt het voor vlooien en teken al een heel stuk minder aantrekkelijk om op jouw hond een plekje te gaan zoeken. 

Een hoop gezondheidsvoordelen dus! Wij eten ze al bijna dagelijks en nu Beer dus ook! 

Zelf aan de slag

En wat het leukste is? Kiemen zijn niet helemaal niet moeilijk om zelf te kweken. Er kan eigenlijk heel weinig mis gaan. Hieronder een stappenplan.

Zo kweek je kiemen in een pot:

Stop niet al te veel zaadjes of bonen in 1 pot. Ik gebruik meestal 3/4 tot een hele eetlepel zaden of 2 eetlepels bonen. Je kunt deze hoeveelheid nog goed spoelen en de kiemen hebben nog genoeg ruimte om te groeien. 
Laat de zaden of bonen eerst een nachtje weken in water. 
Na 8 tot 10 uur weken dek je het potje af met een stuk neteldoek (grof geweven doek, gemaakt van katoen) en giet je het water weg. 

Spoel de zaden en giet ook het spoelwater weg. De zaden zijn nu vochtig genoeg om te kiemen. 

Spoel 2–3 keer per dag en herhaal dit een aantal dagen. Taugé zet je in het donker, bijvoorbeeld in je voorraad- of keukenkastje.

De andere zaden kunnen op de vensterbank of op het aanrecht blijven staan.

Zijn de kiemen na een aantal dagen groot genoeg, dan gebruik je wat je nodig hebt en de rest bewaar je in een afgesloten bakje in de koelkast.


Bronnen

www.veggiewiki.nl

Ruud Nieuwenhuis – Orthomoleculaire Voeding